Daar waar Catalonië voorheen werd gezien als een van dé landen achter Nederland en België, is de regio in Spanje inmiddels afgezakt naar de achtste plaats op de IKF-ranking. Dat betekent dat het tijd is voor de Catalanen om zich weer eens écht te laten zien op een groot toernooi, en daar is dit EK de perfecte gelegenheid voor.

Best of the rest
Op het EK in Portugal waren de Catalanen ingedeeld met België, Portugal en Tsjechië als opponenten. Na een 18-7 nederlaag tegen de Belgen bleek ook het gastland te sterk voor Catalonië, dat met 23-16 ten onder ging. Sterker nog, door een 21-20 nederlaag tegen Tsjechië eindigde Catalonië zelfs puntloos onderaan in de poule waardoor er voor plek 9 tot en met 16 gespeeld diende te worden. Pas in de vervolgronde herpakte Catalonië zich nog enigszins; Servië (26-8), Ierland (29-10) en Duitsland (18-17) werden opzij geschoven waardoor het EK toch nog als negende afsloot. Tegen Duitsland ging het bepaald niet vanzelf voor de Catalanen, die met 4-1 achter kwamen maar bij 7-7 het initiatief overnamen en tot 14-17 steeds een marge van twee hielden. Toen met nog vijf minuten op de klok de 16-17 viel hield iedere Catalaan zijn hart vast, maar Xavi Vidalgomez stelde winst voor de Catalanen vervolgens veilig.

De stijgende lijn te pakken krijgen
Tijdens de eerste deelname van Catalonië aan het EK, nota bene in eigen ‘land’, eindigde het land als zevende van de acht deelnemers. Dat was in 2002. In 2006 werd de zesde plaats binnengesleept, na een heel krappe nederlaag tegen Groot Brittannië. Toen er in 2010 voor het eerst 16 deelnemers waren, volgde wél die vijfde plaats doordat er met Engeland werd afgerekend. Daarom was de negende plaats van 2014 waarschijnlijk een flinke klap in het gezicht.
In 1999 deed Catalonië voor het eerst mee aan het WK. De Catalanen eindigden als achtste van de twaalf deelnemers. In 2003 en 2007 werd Catalonië negende van de 16 deelnemers, gevolgd door het hoogtepunt van Catalaans korfbal in 2011; een vierde plaats. In 2015 zakte Catalonië een plekje in de eindstand, waardoor het debacle van 2014 nog enigszins weggepoetst werd. Des te meer reden om nu te bewijzen dat de negende plaats van 2014 een incident was.

Op wie moeten we letten?
Met José Alvarez Andres (DVO/Accountor) en Berta Aloma Sese (ex-OVVO/De Kroon) herbergt de Catalaanse selectie twee spelers die op de Nederlandse velden actief zijn (geweest). Van Alvarez is bekend dat hij ijzersterk is en een goed schot heeft, terwijl Berta watervlug is en ook weinig moeite heeft met het vinden van de korf. Daarnaast zijn Javier Navarro en Olga Perez twee spelers waar de tegenstanders van Catalonië op zullen letten. Navarro scoort erg makkelijk, en de 23-jarige Perez is een dame die zeker haar doelpunten zal meepakken.

Bron: thisiskorfball.com