Engeland is misschien wel het land waar de korfbalopzet het beste is, na Nederland en België, en tegenwoordig zelfs de nummer drie van de IKF-ranking. Engeland heeft de zaakjes goed op orde, en wil dit EK doorpakken. Het lijkt dan ook vanzelfsprekend dat de Engelsen met maar één doel aan het EK gaan beginnen; een medaille binnenslepen.
Goed, maar niet goed genoeg
Na de vierde plaats op het EK van 2014 in Portugal zijn de ambities van Engeland hooggespannen. In een poule met Nederland, Duitsland en Rusland hoefden de Engelsen alleen voor Nederland te buigen, met 38-11. Duitsland (20-16) en Rusland (21-18) werden opzij geschoven, waardoor Engeland als nummer twee mocht gaan strijden voor de plaatsen één tot en met acht. Daarvoor moest eerst met Tsjechië afgerekend worden, en dat lukte. Al gaf Engeland zes minuten voor tijd nog een 18-16 voorsprong weg. De Tsjechen kwamen een minuut voor tijd zelfs op 18-19, maar de gelijkmaker van Charles Vogwill werd na gevolgd door een golden goal van Alexandra Derham waardoor de Engelsen in de halve finale tegen België mochten aantreden. Dat bleek echter een te grote opgave voor Engeland, want de Belgen waren met 26-11 te sterk. In de strijd om het brons moest Engeland vervolgens buigen voor gastland Portugal, dat met 22-14 de bronzen medaille bemachtigde.
Klaar voor de volgende stap
In 2010 deed Engeland voor het eerst mee aan het EK, met een zesde plaats als resultaat. In 2014 volgde een vierde plaats, nadat er eerder als onderdeel van Groot Brittannië beslag driemaal op rij beslag werd gelegd op een vijfde plaats; in 1998, 2002 en 2006. Op de WK’s behaalde Engeland een zevende plaats (2007), een vijfde plaats (2011) en een vierde plaats (2015). Als Groot Brittannië werd men vierde (1978, 1984), derde (1987, 1999), vijfde (1991, 2003) en achtste (1995). Met name die vierde plaats op het WK was bewonderenswaardig; in een groep met China, Portugal en Zuid-Afrika werden de Engelsen groepswinnaar. Vervolgens werd met Duitsland afgerekend, maar gingen de Engelsen tegen Nederland onderuit. Daardoor speelde Engeland de halve finale tegen België, en al boden de Engelsen dapper tegenstand, de Belgen waren een maatje te groot en wonnen met 30-14. Daardoor speelde Engeland om het brons tegen Chinees Taipei. De tank leek echter een beetje leeg bij Engeland, want Chinees Taipei boekte zonder al te veel moeite een 12-21 overwinning.
Op wie moeten we letten?
De bekendste namen binnen de Engelse selectie zijn natuurlijk Otto Fabius en Natasha Dawson. Fabius is speler van Blauw-Wit en voormalig speler van Dalto/BNApp.nl, terwijl Dawson een aantal jaar in de Korfbal League te bewonderen was in het shirt van KZ/Hiltex. De Engelse selectie herbergt echter veel meer talent dan alleen Fabius en Dawson. Zo zijn er Blake Palfreyman (20) en Owen Bailey (21), twee jonge en erg talentvolle heren. Ook bij de dames zijn er genoeg talenten; de boomlange Caitlin Fitzgerald (19), en ook Amy Swain (19) is erg veelbelovend. Of zij nu al vaste basiskrachten zijn is maar de vraag, al was Fitzgerald er op het WK 2015 al wel bij als reserve. Van wie in dat opzicht het meest verwacht mag worden is Amy Turner (24), die erg makkelijk scoort en al jaren in de basis staat bij de Engelsen. Schiet zij haar land naar het brons?
Bron: thisiskorfball.com